Beurscommentaar: De Technische Belegger 6 dec 2021 nr 12

Nieuwsbrief voor de actieve belegger

De maand november begon redelijk. Het acute gevaar van snelle renteverhogingen was voorbij, de ECB riep daar nog lang niet aan toe te zijn en de FED bleef bij haar standpunt dat de het opkoopprogramma vanaf december zou gaan worden afgebouwd, maar dat daarmee eerder sprake was van normalisatie in plaats van inflatievrees met een snelle renteverhoging tot mogelijk gevolg. Obligatiemarkten leken daarmee gerustgesteld en aandelenbeleggers gingen over tot de orde van de dag namelijk het kopen van nog meer aandelen. Maar ondertussen bleven de inflatiecijfers tegenvallen en dook er uit Zuid-Afrika, schijnbaar uit het niets, een nieuwe variant van het Covid-19 virus op, de 15de variant alweer (de O van Omikron is de 15de letter van het alfabet).

Het gevolg was een volledige spagaat in heel veel financiële markten. Want met name de Amerikaanse inflatiecijfers dwongen de FED-voorzitter Powell en in zijn kielzog de Amerikaanse minister van financiën, mevrouw Yellen, te erkennen, dat zij wellicht toch iets te optimistisch waren geweest. De Amerikaanse kapitaalmarktrente trok daarop in een stuip, waardoor het renteverschil met €-zone opliep en de $ in dat kielzog een sprong omhoog maakte. Voor aandelen, die op basis van de almaar dalende rente steeds duurder zijn geworden (waaronder veel fintech en big-tech-aandelen) was dit slecht nieuws en die doken dus omlaag. Aanvankelijk schoof het kapitaal naar aandelen, die juist van een rentestijging profiteren, zoals banken en verzekeraars. Maar beleggers waren nog maar net aan deze draai begonnen, of de Omikron-variant dook op. Deze variant lijkt zich nog sneller te verspreiden dan de Delta-variant. Politici (die tegenwoordig kennelijk mogen en kunnen functioneren zonder visie) schrokken zich rot, want men was even vergeten (in Nederland maar ook in andere landen) om de IC-capaciteit in de gaten te houden, en dus moest men naar de volgende ronde van lockdowns.

Maar dat heeft onmiddellijk zijn repercussie voor aandelen in de hoeken van de traditionele horeca, luchtvaart, recreatie, etc. Tot overmaat van ramp, kondigde Apple vervolgens aan, dat de omzet uit de verkoop van nieuwe mobieltjes sterk tegenviel, waarmee de semi-conductorindustrie ineens toch weer cyclisch bleek te zijn. En dus waren beleggers de weg kwijt. En als beleggers de weg kwijt zijn, dan dalen aandelenkoersen, maar dan over een breed front, en niet meer alleen in specifieke sectoren.

AEX

De AEX Index op dagbasis (fig. 1)

In twee weken tijd, daalde de AEX daarmee met ruim 60 punten. Dat lijkt veel, maar is in feite slechts een correctie van 7%. En in figuur 1 is te zien dat de indicatoren de weg omhoog alweer gevonden hebben en er zelfs niet eens een nieuwe low gezet is. Dat duidt erop, dat de beweging van de afgelopen twee weken net even iets te snel is gegaan en markten tijd nodig hebben voor een adempauze, maar ook, dat het hier om een normale correctie in een stijgende trend gaat. Een nieuwe low wordt pas gezet bij een koers onder 750!

Er ligt een belangrijke steun rond 780. De index sloot daar vrijdag onder (772,22), maar de Amerikaanse beurzen zijn nadien nog wat opgeveerd. Daar bleef de schade beperkter. En afgaande op de beelden van de lijstaanvoerders van dit jaar (Adyen, ASMI, ASML en Besi), maar ook op de technische plaatjes van enkele andere grote jongens in de AEX Index zoals de banken en verzekeraars in de index, kan niet gezegd worden, dat de uitbraak omlaag een feit is. Een herstel, noem het een pullback, naar de weerstand op 805 is heel goed denkbaar. Alles lijkt erop te wijzen, dat er nog wat meer tijd nodig is alvorens de markt de dalende tendens opnieuw oppakt. En of dat na zo’n kleine opwaartse correctie daadwerkelijk gaat gebeuren is nog de vraag. Voor wij die conclusie trekken kijken wij liever eerst naar de weekgrafieken in de VS.

SP500

S&P 500 Index op weekbasis (fig. 2)

Een weergave van de langere termijn tendens vindt u in figuur 2. Wij hebben daarin de weekgrafiek van de S&P 500 Index in de VS opgenomen. Die is in $’s getekend en de $ is afgelopen maand met enkele procenten opgelopen, dus als men daarvoor corrigeert zou de nu al kleine correctie helemaal in het niet gevallen zijn. Daarbij is de index weliswaar gezakt, maar heeft de voorgaande top zelfs standgehouden (op 4.535), laat staan dat er sprake is van een nieuwe bodem. Ook het MA50 (MA200 in daggrafieken) ligt nog ruim onder het huidige niveau. En de definitie van een dalende trend is een doorbraak omlaag van die MA50 en een opeenvolging van dalende toppen en dalende bodems. Er is daarmee zelfs nog geen sprake van topvorming van enige omvang. Natuurlijk kan zich een crash-achtig scenario voordoen.

Als de Omikron-variant niet zo mild blijkt te zijn als gedacht of zich helemaal niets aantrekt van bestaande vaccins, dan kan de markt best in paniek raken. Maar dan gaat het wel om een kortstondige, zij het heftige, reactie, niet om een patroon waarbij een mammoettanker van de ene op de andere dag een draai van 180 graden maakt. Het beeld in figuur 2 zegt vooral dat de markt aan een volgende correctiefase is begonnen, maar een nieuwe hogere top is nog steeds goed denkbaar. De dissonant in de figuur is de indicator eronder.

Want die divergeert niet alleen duidelijk negatief, hij is ook omlaag door de oplopende trendlijn gebroken. De indicator in kwestie is een zogenoemde Money Flow Indicator. Deze geeft aan, dat voor het eerst sinds lang, de omzetten juist op de dalingen stijgen in plaats van op de stijgingen. En dat is een slecht teken. Want zonder omzetten kan een beurs niet verder oplopen. Zonder kopers geen stijgende koersen! Daarmee is de boodschap van figuur 2 vooral, dat er een correctie begonnen is, waarvan mogelijk de eerste poot omlaag vrijwel voltooid is, maar waarbij een tweede daling, na een tussentijds herstel, waarschijnlijk is. En in dat geval is het koersdoel voor de S&P 500 Index per saldo gelijk aan de bodem van de correctie, die in oktober werd afgesloten, het niveau waar nu het MA40 ligt, 4.331.

 

Russell

 

De Russell 2000 Index, weekbasis (fig. 3)

Ook de bredere Russell 2000 Index heeft een zwakke maand achter de rug. Ook hier werd in oktober een belangrijke uitbraak omhoog gemeld. Maar dit beeld is veel slechter dan dat in figuur 2. Want hier is de index teruggezakt tot onder het niveau van de uitbraak, terug zelfs tot op de bodem van het oude correctiepatroon, dat een groot deel van 2021 in beslag genomen heeft. Dit is een zeer zwak teken. Het is nog niet gezegd, dat nu ook de onderkant van de getekende gelijkbenige driehoek gebroken gaat worden, maar het feit dat de index tot op deze steunlijn is teruggevallen wijst wel op de mogelijkheid, dat zich een toppatroon voor de langere termijn aan het ontwikkelen is. In dat patroon zijn we dan pas halverwege, dus voor een echte dalende trend is het nog te vroeg, maar hier ligt dus wel een heldere waarschuwing voor aandelenbeleggers.

Het positieve nieuws komt ditmaal juist van de indicator eronder. Die geeft aan dat de huidige reactie te diep is gekomen en dat er een adempauze nodig is. Een herstel tot in de buurt van de bovenkant van de driehoek zou hier heel normaal zijn, of wel: een kerstrally zit er nog steeds in!

 

Duitse Dax

 

DAX Index op dagbasis (fig. 4)

 

En daarom toch nog even terug naar de korte termijn, de daggrafiek van de DAX Index bij onze Oosterburen. Ook hier is de index tot op een oude steunlijn teruggezakt afgelopen weken. Net boven 15.000 is dit nu de derde keer, dat er steun gevonden is. Hier is bovendien een Gap te zien. Dit is een gat tussen twee dag candles in. Twee weken geleden opende de DAX Index flink lager dan de dag ervoor. Het gat dat ontstond is ongeveer 400 punten groot.

Dit type spronggaten wordt meestal gesloten, alvorens de ingezette weg vervolgd wordt. In dit geval betekent het, dat men moet verwachten dat de DAX Index in de komende weken op zal lopen tot ten minste de aangegeven grenslijn op 15.788 punten, om dat eerder ontstane gat te sluiten. Ook hier lijkt de grafiek daarmee te vertellen, dat het in de voorbije twee weken allemaal te hard is gegaan. Er is wat ademruimte nodig om de daling te verwerken. De indicatoren onder in de figuur zeggen hetzelfde.

De Stochastics heeft zelfs een koopsignaal gegeven terwijl het Momentum al enkele dagen aan het stijgen is. Ook de lange MACD, onder in de figuur geeft aan dat de wat overbought positie van eind oktober met de daling voldoende is weggewerkt. Deze indicator ligt zelfs al onder nul, waarmee van een overbought positie geen sprake meer is. Negatief is echter dat in dit geval (gelukkig is de DAX Index hierin nog de uitzondering op de regel) de koers van de index onder het MA200 is gezakt. En dat is een lange termijn verkoopsignaal. Daarmee bestaat de kans, dat de DAX, na een kortstondige opleving, de weg omlaag weer zal hervatten.

Conclusie

 

Er zijn veel economische signalen, die erop wijzen dat de economische groei in de VS enigszins vertraagt. De inflatiecijfers zijn daarbij hoog en nemen nog toe. De snel om zich heen grijpende Omikron-variant verhoogt bovendien de angst bij marktpartijen dat overheden opnieuw delen van de economie op slot zullen gooien. Anderzijds groeien de Amerikaanse en Europese economieën voldoende om binnenkort met Tapering te gaan beginnen. Tapering zorgt voor verkrapping van de kapitaalmarkt.

Er wordt dan geld aan de markten onttrokken en dat maakt met name het beleggen met een hefboom gevaarlijk. Hedgefondsen en marginbeleggers zijn er dan als de kippen bij om posities te verkopen met koersdalingen tot gevolg. Dit alles creëert een omgeving van onzekerheid en dat is nooit goed voor aandelen. Maar het is niet zo dat de Omikron-variant de wereld tot een faillissement zal brengen.

Naar verwachting zal in de komende twee weken duidelijk worden in hoeverre de vaccinatiecampagnes voldoende tegenwicht bieden tegen deze variant. De eerste berichten zijn in elk geval bemoedigend. Als dan bovendien de IC-bezetting in ziekenhuizen op de huidige niveau’s stabiliseert of zelfs afneemt, dan is het acute gevaar voor een algehele economische lockdown voorbij. Aandelenmarkten hebben tijd nodig om van richting te veranderen.

Als een markt plotseling omdraait, dan is dat vaak een paniek gedreven maar korte termijn reactie die weinig afbreuk doet aan de onderliggende lange termijn trend. Zodra de paniek wegebt, gaat de markt over tot de orde van de dag. Voor een echte bearmarkt is een proces van topvorming nodig, dan wel een blow-off-achtig patroon. Het laatste hebben we wel gezien in de semi-conductoraandelen en in de meeste cryptovaluta.

Maar in de brede aandelenmarkt is van topvorming nog geen sprake. En dus is er meer bewijs nodig om echt pessimistisch te worden. Daarmee kan op kort termijn de markt best verder wegglijden, maar waarschijnlijk vinden wij dat niet.

rente Bund

 

De rente in $ en € op weekbasis (fig. 5)

 

Opvallend in de rentemarkten is de discrepantie tussen de $-rente en de €-rente. In figuur 5 ziet u boven in de grafiek de Bund future. Deze is al enkele weken goed aan het stijgen. Dat betekent, dat de rente op 10-jaars papier van de Duitse overheid gedaald is en dat klopt, die is met bijna 30 basispunten gezakt tot -/- 0,33%.

De Amerikaanse rente op 10-jarige Treasuries daarentegen is weliswaar iets gezakt, maar slechts weinig. Deze ziet u onder in de figuur. Daar is te zien dat die grafiek vooral zijwaarts beweegt. Hier is de rente dus helemaal niet wezenlijk gedaald. En dat is niet geheel onlogisch. In de VS immers groeit de economie harder, maar loopt ook de inflatie harder op. Het moment dat de Amerikaanse centrale bank de rente moet gaan verhogen om de inflatoire druk tegen te gaan ligt daar dichterbij dan in de €-zone.

Veel zal hier gaan afhangen van de inflatiecijfers van januari 2022. Want als de centrale banken gelijk hebben (die stellen dat de hoge inflatie slechts een vergelijkingsprobleem betreft, prijzen daalden in 2020 hard waardoor de prijsstijgingen van nu relatief groot lijken, maar wanneer de cijfers vergeleken worden met die van het voorjaar van 2021, dan is de stijging veel minder groot), dan zouden de inflatiecijfers vanaf komende maand of de daaropvolgende maand moeten gaan zakken en zou dus de piek van de inflatie in november gezien moeten zijn. Een fase van correctie, waarin markten dus gaan wachten op deze cijfers, is daarmee het meest waarschijnlijke scenario en dat ondersteunt de gedachte dat wij nog wat koersstijging op de aandelenmarkten voor de boeg hebben.

euro dollar

De US$ en de € (fig. 6)

 

Ondertussen is de koers van de $ behoorlijk gestegen. Maar aan de lange termijn grafiek in figuur 6 is te zien, dat de stijging in het lange termijn beeld niet zoveel te betekenen heeft. De $-koers zou zelfs nog helemaal tot 92,5 kunnen oplopen alvorens wij terug naar de tekentafel zouden moeten. Voorlopig kan slechts gesteld worden, dat de discrepantie in de renteontwikkelingen de $ aantrekkelijker gemaakt hebben, maar dat de koersstijging zich afspeelt binnen twee langzaam naar elkaar toe bewegende grenslijnen die nu op 0,826 aan de onderzijde en op 0,925 aan de bovenzijde liggen. Tussen deze twee grenzen is er vooral meer van hetzelfde te zien, namelijk een al heel lang durend gevecht tussen de $ en de € om de lange termijn hegemonie. En voorlopig is de € daarbij nog altijd aan de winnende hand.

RDSA

De prijs van een vat Brent-olie (fig. 7)

Uiteindelijk brak de koers van een vat Brentolie toch door de oplopende trendlijn. Daarna ging het even heel snel, waarbij de steun op US$60 per vat werd geraakt. Maar afgelopen week veerde de koers, ondanks dat OPEC een verdere productietoename aankondigde, toch weer op. Een herstel tot in de buurt van US$70 per vat is goed denkbaar, want de indicatoren ogen erg oversold. Maar daarna kan de koers nogmaals omlaag. Er is een correctie begonnen die van een grotere orde is en daarin past nog een tweede poot omlaag. Maar echt negatief zijn wij niet, want alles bij elkaar heeft het nog altijd veel weg van een correctie in een per saldo langere termijn stijgende trend met als doel de licht dalende lijn boven in de figuur, die nu rond US$ 87 per vat ligt.

Goud

Beleggen bij Today’s Group,

Een maand geleden sloten wij af met de opmerking: “2021 is tot op heden een prachtig jaar voor onze klanten en wij gaan ervan uit, dat er nog meer moois in het verschiet ligt.” Dit optimisme is in november wel even gelogenstraft in die zin dat het jaar nog niet voorbij is, maar dat het een klus gaat worden om de resultaten zelfs maar terug op het niveau van eind oktober te brengen, laat staan er ten opzichte van dat niveau nog een schepje bovenop te doen. In de correctie, die nu begonnen is, hebben vrijwel al onze aandelensystemen het beter gedaan dan de AEX Index en ook beter dan de meeste andere beurzen.

Alleen het Prijs<Waarde Model leverde evenveel in als de AEX Index, maar dat model staat per saldo nog een flink stuk voor op deze index. Dat de resultaten minder negatief zijn geweest zit hem in de relatief mooie hoeveelheid liquiditeiten (in de meeste gevallen zijn de aandelenportefeuilles van onze klanten 20% of meer liquide) en in het feit dat nu eindelijk de klappen vallen waar wij dat al maandenlang gedacht hadden namelijk in de hoek van de big-tech en de semiconductoren.

De laatsten blijken zoals hierboven al gezegd toch weer veel cyclischer te zijn dan veel beleggers waren gaan geloven. Toch gaan wij er wel van uit, dat een kerstrally nog mogelijk is. Veel plaatjes van de aandelen, die wij voor onze klanten in bezit hebben, zien er erg “oversold” uit en getuige het voorgaande is onze visie voor de korte termijn niet zo negatief. Maar het is te vroeg om al te besluiten om de aanwezige liquiditeiten te herbeleggen. Ondertussen werken de obligatiebeleggingen in de meer defensief ingerichte portefeuilles prima als buffer. De paradox van het jaar doet zich daarmee momenteel voor dat de defensief ingerichte portefeuilles per saldo betere resultaten laten zien dan de meer actieve aandelenmodellen, uiteraard met uitzondering van de Prijs<Waarde portefeuilles.

 

Dit is de laatste editie van de Technische Belegger van het jaar 2021. Wij wensen u daarom vanaf deze plaats ondanks alles goede feestdagen, een zalig kerstfeest en een hele gelukkige jaarwisseling toe.

 

De volgende uitgave van de Technische Belegger verschijnt op maandag 3 januari 2022.

 

Meer informatie over vrijwel alle effectentransacties, welke wij in de portefeuilles van onze cliënten hebben uitgevoerd en andere beleggingsoverwegingen, welke uit onze dagelijkse analyses voortvloeien, treft u aan op onze website. 

 

 

Disclaimer
De auteur is verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid van Today’s Group BV (en een van haar voorlopers, Vladeracken BV), een vermogensbeheerder met vergunning van de AFM. Today’s Group BV handelt (brokerage) en belegt en/of heeft belegd in de hier besproken effecten voor haar cliënten. Dit stuk is geen beleggingsadvies. Wie in de hier besproken effecten en conform de hier besproken methodiek belegt of wenst te beleggen doet dat voor eigen rekening en risico. In dit kader wijzen de auteur en Today’s Group BV alle verantwoordelijkheid voor de inhoud van dit stuk van de hand. De besproken effecten vertegenwoordigen een hoog risico.

 

Deel dit bericht: