TA Belegger: Nr. 1 – 9 januari 2023 (jaargang 29)

TA Belegger: Nr. 1 – 9 januari 2023 (jaargang 29)

Nieuwsbrief voor de actieve belegger 

 

Laten wij u van deze zijde in elk geval een goed, gelukkig en gezond Nieuwjaar toewensen en daarbij hopen, dat dit jaar een beter beleggingsresultaat gaat opleveren dan het afgelopen jaar.

 

Want 2022 was een uitzonderlijk moeilijk jaar. Het gebeurt niet vaak, dat defensieve portefeuilles slechtere rendementen laten zien dan meer offensief ingerichte portefeuilles, maar dat is afgelopen jaar wel waar veel beleggers mee geconfronteerd zijn. Om te beginnen heeft het vermogen van vrijwel iedereen een forse waardevermindering ondergaan door de flink gestegen inflatie. 10% inflatie betekent een koopkracht vermindering van 10% van uw vermogen, ook als dat verder geen feitelijke waardevermindering ten deel is gevallen. En wie dit goed had willen maken had zich begin vorig jaar moeten storten op aandelen van bedrijven, die alles doen wat in onze Westerse gereguleerde markten tegenwoordig zo ongeveer verboden is, namelijk fossiele brandstoffen en wapens, twee takken van sport, die in een enigszins ESG-verantwoord beleggingsbeleid niet meer passen.

 

Dat defensieve portefeuilles het zo zwak gedaan hebben is grotendeels te wijten aan een andere vuistregel van het o zo geprezen financiële toezicht in Europa, namelijk dat defensieve portefeuilles overwegend in obligaties belegd moeten zijn. Om u een idee te geven: de als zeer conservatief bekend staande tracker iShares Euro Aggregate Bond Fund (IEAG), een groot indexfonds, dat in een brede in €-genoteerde portefeuille van obligaties belegt, leed een jaarverlies van 17,58%, ruim zwakker dan het resultaat van de AEX Index (met een verlies van 13,65% en dat zonder dividend).

 

In feite heeft er een enorme correctie plaatsgevonden van de toekomstige waarde van alle bezittingen, met uitzondering wellicht van niet beursgenoteerd onroerend goed (maar dat komt nog wel aan zijn trekken), doordat het rentepeil in de Westerse wereld zo snel is gestegen. De huidige waarde van bezittingen wordt steeds berekend door het contant maken van de toekomstige inkomsten. Als de rente 0% is, dan is de huidige waarde van toekomstige inkomsten de optelsom van al die toekomstige inkomsten. Maar als de rente dan naar 4% stijgt, moeten al die toekomstige inkomsten naar vandaag verdisconteerd worden met een jaarlijkse rentevoet van 4%. Om u een idee te geven wat dit betekent, de waarde van de obligatie van de Nederlandse staat, die tot 15 januari 2037 loopt en een jaarlijkse rente betaalt van 4% was begin 2022 157,01% waard. Eind 2022 was de koers van deze obligatie gedaald tot 113,86%, een verlies van 27,5%!!

 

En de vraag die nu aan het begin van 2023 voorligt, is of deze enorme herwaardering teneinde is gekomen of niet? In het Financieele Dagblad van dit weekeinde vatte een journalist dit dilemma samen onder de titel “Should you fight the FED”? Zowel de ECB als de FED hebben aangegeven, dat zij de rente niet alleen nog verder zullen gaan verhogen, maar daarna de rente ook nog lang hoog verwachten te houden, met name om de optimistische speculaties in de markt de kop in te drukken. Want wat het optimisme van de eerste week van het nieuwe jaar, waarin bijvoorbeeld de AEX Index steeg met 5,1%, gedreven heeft, aldus de betreffende journalist, is de verwachting van beleggers, dat er aan de cyclus van stijgende rentes snel een einde gaat komen. Beleggers denken dat, omdat er meer en meer signalen te zien zijn, die wijzen op een naderende recessie. En zij redeneren, dat als de economie afglijdt in een recessie, Centrale Banken gedwongen zullen worden om de rente weer te laten zakken. Zij lopen dus vooruit op een scenario, waarvan de Centrale Banken zelf aangeven, dat zij dit scenario niet zullen volgen. En een van de wetmatigheden in beleggersland luidt: “don’t fight the FED!”, precies wat er dus wel lijkt te zijn gebeurd in de achter ons liggende eerste week van 2023.

 

Dat beleggers er nog niet geheel uit zijn, blijkt overigens wel uit de onderliggende bewegingen. De koersstijging van de EuroStoxx 50 Index was zelfs nog hoger met 5,9%, maar in deze index zijn banken en machine- en autobedrijven relatief zwaar vertegenwoordigd. Dat wijst er op, dat de koersstijgingen vooral in de meer conservatieve hoek van het aandelenspectrum liggen (waarbij het aandeel Prosus in de AEX Index de spreekwoordelijke uitzondering vormt). En dat betekent weer, dat markten minder bang zijn voor een recessie, of dat een recessie hooguit mild van aard zal blijken. Dat wordt ingegeven door de kracht van de arbeidsmarkten in de VS en in Europa en is daarmee niet geheel onbegrijpelijk. Maar arbeidsmarkten zijn notoire achterblijvers als het gaat om de signalering van een naderende recessie en daarmee niet erg betrouwbaar als indicator. Dat de huizenmarkten in Europa en de VS nu in de problemen beginnen te komen is wat dat betreft een slecht teken.

Het vreemde van dit alles is, dat wanneer beleggers uitgaan van een milde recessie, Centrale Banken woord zullen houden met een nauwelijks dalende of 

mogelijk zelfs verder stijgende rente tot gevolg (en dus opnieuw dalende aandelenkoersen), terwijl wanneer beleggers rekening gaan houden met een zwaardere recessie, bedrijfswinsten zullen inzakken. In het eerste geval is de huidige trend waarin banken de voorkeur genieten logisch, in het tweede geval zou technologie weer de bovenhand moeten gaan krijgen. Dat markten nu al een keuze lijken te maken is wat ons betreft erg prematuur. Wij houden er helemaal niet van om tegen de FED in te beleggen!


De DAX Index op weekbasis (fig. 1)

Dax  

Daarmee komt nu de vraag aan de orde hoe beleggers er feitelijk naar kijken, wat zeggen de grafieken over de keuzes, die beleggers maken en gemaakt hebben? Daartoe beginnen wij in Europa met de DAX Index. Gedurende de feestdagen werd wereldwijd op vrijwel alle aandelenmarkten een adempauze ingelast, maar afgelopen week draaiden koersen weer vol optimisme omhoog. Zoals in figuur 1 te zien is maakte de DAX Index een flinke sprong. Van een uitbraak omhoog is echter geen sprake geweest. Rond 14.710 ligt een flinke weerstand, die nu dus in een jaar tijd voor de vierde keer van onder af is benaderd. Een uitbraak omhoog zou hier goed kunnen, maar nog eens een tik omlaag richting 12.435 is ook nog steeds goed denkbaar. Dit plaatje geeft zeker geen uitsluitsel over de vraag of u nu al moet instappen of niet. In tegendeel, de kans dat er maandag nog een kleine extra stijging in zit, gedurende de dag, maar dat vervolgens de markt toch weer terugzakt is in dit beeld groot.

De AEX Index op dagbasis (fig. 2)

AEX  

De AEX Index is, getuige de daggrafiek in figuur 2, zelfs enigszins achtergebleven bij de DAX Index in die zin, dat hier de top uit december nog niet is bereikt, waar de DAX die afstand al wel heeft overbrugd. Er is hier dan ook meer ruimte voor een (kleine) verdere stijging. Tegelijkertijd ogen de indicatoren onder in het beeld al wat overbought. Die geven op de korte termijn niet veel ruimte meer voor een krachtig vervolg van de stijging van afgelopen week. In feite bevestigt de daggrafiek het probleem bij de weekgrafiek van de DAX Index, het was ontegenzeggelijk een mooie week, maar de te nemen barrière is 735 – 742 en daar zitten we nog onder. Ook deze grafiek zegt daarmee dat beleggers hun keuze nog helemaal niet gemaakt hebben!

 

De S&P500 Index op weekbasis (fig. 3)

S&P 500  

In de VS is het beeld zelfs nog minder positief. Daar is de rally in de S&P 500 Index van de afgelopen dagen niet eens goed te zien op de weekgrafiek. In Europa bereikten beurzen in december 2022 hetzelfde punt, dat al in juli als top werd neergezet. Maar in de VS gebeurde dat niet. De top van december was opnieuw lager dan die van juli. En ook nu is die lagere top wederom niet bereikt. Ook de dalende trendlijn, die wij rechtsboven in de figuur getekend hebben, is nog altijd niet gebroken, iets dat in veel Europese beurzen wel het geval is. Nu is het best mogelijk, dat januari 2023 per saldo een positieve maand wordt en dat daarbij deze trendlijn alsnog gebroken gaat worden, maar om op dit punt te stellen, dat u moet instappen omdat u anders de boot dreigt te missen, daar is het veel te vroeg voor. Het enige positieve, dat wij in figuur 3 kunnen ontwaren, is het feit, dat de gehele correctie, die in 2022 plaats heeft gevonden, per saldo de steun van 50% retracement (Fibonacci) heeft bereikt en dat daarmee de correctie voldoende diep is geweest om een nieuwe rally te rechtvaardigen, althans vanuit technisch perspectief. Overigens zitten in de S&P 500 Index meer big-tech ondernemingen, die rentegevoeliger zijn waar het de waardering betreft, dan in de DAX Index. Dit onderstreept het idee, dat de koersstijgingen momenteel vooral in de hoek van de meer klassieke waarde-aandelen zitten dan aan de kant van de groeiaandelen.

 

De Nasdaq 100 Index op dagbasis (fig. 4)

Nasdaq100  

Daarom pakken wij in figuur 4 ook nog de daggrafiek van de Nasdaq 100 Index erbij. En inderdaad, hier is het beeld nog zorgelijker. Want hier opende de eerste week van 2023 duidelijk zwakker met alleen afgelopen vrijdag een goede dag, die bovendien zelfs niet de oplopende trendlijn bereikte, die wij in deze grafiek getekend hebben. Wat u hier ziet is niets anders dan een doorbraak omlaag, tot op een steunlijn (10.650) gevolgd door een pullback terug naar de trendlijn die eerder doorbroken werd en die dus nu als weerstandslijn geldt. Het beeld in figuur 4 kan slechts als een adempauze in een neerwaartse trend gekenschetst worden. Die adempauze is nog niet voorbij, die kan best nog een week langer doorzetten en daarbij zelfs de grens van 11.600 bereiken, maar veel meer ruimte is hier niet.

De Nikkei DJ Index op weekbasis (fig. 5)

Nikkei  

En om het beeld compleet te maken hebben wij dit keer ook nog een grafiek opgenomen van de Nikkei Dow Jones Index in Japan. Daar is de situatie nog hopelozer, daar dreigt zelfs een doorbraak omlaag uit een min of meer gelijkbenige driehoek. Dat zou betekenen, dat deze index op het punt staat om een niveau op te zoeken onder de bodem van begin 2022, en dus vlak bij de top van 2019 op ca 24.175. Hier bestaat geen enkele aanleiding voor beleggers om in te stappen. Hier moet nu gewacht worden op een herstel, dat dan bovendien door de dalende trendlijn heen moet breken, die nu op 28.600 ligt, alvorens van een koopsignaal gesproken kan worden.

 

Conclusie

Hoe meer klassieke ondernemingen zoals banken in de betreffende index, des te sterker was de start van het nieuwe jaar. Maar van uitbraken omhoog is nergens sprake geweest. Komende week is een positieve start goed denkbaar, maar of januari 2023 per saldo positief gaat sluiten, dat is voor ons nog een open vraag. De koersstijgingen zijn in elk geval niet te zien geweest bij de groeiaandelen en dat pleit ervoor, dat beleggers zich nog op de vlakte houden waar het hun renteverwachtingen betreft. Afgaande op de koersstijgingen van banken denken beleggers kennelijk zelfs aan een normalisering van de rente curve en dus een voorlopig nog stijgende lange rente. En dat wil weer zeggen, dat het technische beeld nog niet duidelijk maakt, dat beleggers daadwerkelijk bezig zijn om tegen de FED in te gaan. Dat sommige indices dan toch flink zijn opgelopen heeft waarschijnlijk meer met lokale uitzonderingen te maken dan met een algehele trendomslag.

 

De 10-jaars rente in € en $ (fig. 6a en 6b)

Rente a  

Daarmee wordt het rentebeeld extra belangrijk. Staan wij aan de vooravond van een positieve obligatiemarkt, of is er nog meer zuur te verwachten aan deze kant van het beleggingsspectrum?

Wij hebben daarom dit keer twee rentegrafieken opgenomen, een weekgrafiek (6a) en een daggrafiek (6b) met in beide grafieken de Bund future index bovenin en de 10 jaars Treasury index onderin. In beide gevallen gaat het dus om een koersindex van de 10-jaars rente. Uit figuur 6a trekken wij de conclusie dat er van een proces van bodemvorming nog helemaal geen sprake is. De Bund future bereikte eind december zelfs een nieuwe bodem en de daling van de Treasury-index is in 2022 zelfs versneld, waardoor nu een tweede scherper dalende trendlijn getekend kan worden. Beide indexen ogen wel erg ‘oversold’ en er is een herstel aan de gang. Maar voordat er van een nieuwe opgaande beweging mag worden gesproken moet het proces van dalende toppen en dalende bodems gestopt zijn en dat is hier geenszins het geval. 

Rente b

De daggrafiek in figuur 6b laat een iets positiever beeld zien. Het nieuwe jaar is goed begonnen met in beide gevallen een oplopende koers. Met name in de onderste grafiek is een herstel, dat uiteindelijk de getekende trendlijn gaat breken erg waarschijnlijk. Ook dit pleit voor nog een relatief mooie week. Maar de volgende dalende trendlijn ligt op 117,5 en dat biedt dus maar weinig ruimte voor een echte koersstijging. Nog sterker, wij achten de kans groot, dat de Amerikaanse 10-jaars Treasury Index oploopt tot ongeveer 117,5% en de Bund future tot ongeveer 143% (nu resp. 114,2% en 137,5%), maar dat beide indices daarna opnieuw zullen zakken om de bodems van oktober en december te testen. Dit is geen moment om de obligatiebelangen in uw portefeuille weer uit te breiden!

De US$ en de € op maandbasis (fig. 7)

USD  

Wel een significante draai is te zien geweest in de verhouding van de $ ten opzichte van de €. Op 0,92 ligt veel steun en op korte termijn is de daling van de koers van de $ te snel gegaan. Er is dus ruimte voor een kleine adempauze, of, waarschijnlijker, een pas op de plaats. Maar het lange termijn beeld, dat u in figuur 7 ziet, is dat van een belangrijke trendomslag. De $ verkeert in groot gevaar. Fundamenteel gezien, wij hebben dat op dit podium al vaak geschreven, is de $ een zwakke munt. Problemen worden telkens weer gefinancierd door $’s bij te drukken. De verkiezingsuitslag van november 2022 en de zich nu ontwikkelende soap bij de Republikeinen helpt ook niet om de $ sterker te maken en ook de meer protectionistische houding van de huidige President draagt niet bij aan een sterkere $. De zwakte is overigens in eerste aanleg ontstaan, door de scherpere toon van de ECB en de verwachting in de markt, dat de Amerikaanse cyclus van renteverhogingen al haar einde nadert. Dat zorgt ervoor dat het renteverschil tussen de VS en Europa kleiner wordt en maakt de $ minder aantrekkelijk. Maar de $ is volgens veel analisten in fundamentele zin duidelijk overgewaardeerd. En dat kan betekenen, dat de $ in 2023 op weg gaat naar de bodem uit 2008 / 2009 op 62,4!

Brentolie in US$ per vat (fig. 8)

Brent De olieprijzen hebben afgelopen weken weinig beweging laten zien, althans als men naar de Brentolie Index kijkt. Want de OPEC Olie Index ziet er duidelijk zwakker uit. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het feit, dat in de OPEC Index ook Russische olie is verrekend terwijl Brent alleen een Noordzee-olie index is. Minder vraag naar Russische olie betekent automatisch meer vraag naar onder meer Brentolie. Maar de Brent Index oogt wel alsof er een grote top in de maak is. En als er zich dan toch een recessie wereldwijd gaat voordoen in 2023, dan zal ook hier de uiteindelijke bodem nog een stuk lager liggen. Onze visie blijft dan ook een koersdoel van US$61 per vat Brentolie ergens in 2023.

Goud in US$ per troy ounce (fig. 9)

Goud in USD  

Figuur 9 toont de mooiste grafiek van deze editie, die van de koersontwikkeling van een troy ounce goud in $’s bovenin en in € onderin. Veel mooier, dan die in de €-grafiek, zijn krachtige uitbraken niet te krijgen in de technische analyse. Dit is niets meer en niets minder dan een sterk koopsignaal in een lange termijn stijgende trend. In de $-grafiek is de uitbraak al in 2022 te zien geweest, maar de scherpe beweging in de $ heeft het moment van de uitbraak in de €-grafiek nog even uitgesteld. Dat beiden elkaar nu bevestigen maakt het signaal alleen maar sterker. De weg zal ook hier wel niet in een rechte lijn omhoog lopen, maar voor wie nu nog geen goud in portefeuille heeft, dit is een prima punt om in te stappen.

Beleggen en de Vladeracken-methodiek

 

2022 is, zoals wij in de inleiding al zeiden, geen mooi beleggingsjaar geweest. Alle Vladeracken-modellen hebben het jaar met een negatief resultaat afgesloten. De Europa Selector liet daarbij nog het beste resultaat zien met een min van 1,3%, waarbij bedacht moet worden, dat dit resultaat inclusief de kosten voor het beheer voor het eerste kwartaal van 2023 geldt. Positief kan verder ook het obligatierendement genoemd worden, dat pakte bij Today’s Group aanzienlijk minder negatief uit, dan voor de markt als geheel. Dit heeft te maken met het feit, dat wij al langere tijd veel obligatiebeleggingsfondsen in portefeuille aanhouden, die zelf een actief rentebeleid voeren en die daarmee minder gevoelig zijn en zijn gebleken voor de forse rentestijging die zich in 2022 heeft voorgedaan. Daarmee hebben de defensieve en neutrale portefeuilles een beter resultaat laten zien dan de markt als geheel, terwijl de Vladeracken aandelenmodellen een meer marktconform resultaat hebben behaald, waarbij met name de mate van kasmiddelen bepalend is geweest voor de vraag hoe groot de outperformance was. Maar de eerste week van het nieuwe jaar was minder goed dan het gemiddelde resultaat van de markten als geheel. En dat komt, omdat wij nog steeds een verhoudingsgewijs groot saldo liquiditeiten aanhouden en dit saldo in december zelfs nog verder hebben uitgebreid.

 

Toch zijn wij niet pessimistisch voor 2023 als geheel. Er is nu veel onzekerheid, maar in de loop van dit jaar zal de afkoelende politiek van Centrale Banken haar uitwerking niet gaan missen (en in onze verwachting zelfs enigszins te goed gaan werken met een grotere dan nu verwachte recessie tot gevolg). En dat opent de weg voor een mooie meerjarige bullmarkt, na een fase van correctie, die dan bijna anderhalf tot twee jaar geduurd zal hebben. En als men naar alle initiatieven kijkt, die er momenteel op de tekentafel liggen, dan kunnen de economieën van Europa en de VS de komende jaren weer een stabiele groeifase verwachten, die voor aandelenbeleggers in het bijzonder veel positiefs verwachten. Dat de lange rente weer negatief gaat worden, dat zou ons verbazen, maar dat er nog een fase van rentedaling aan zit te komen, dat lijkt ons wel plausibel. Maar hier zal er meer gehandeld moeten gaan worden, want Europa en de VS gaan hoe dan ook naar een andere renteomgeving waarin het gemiddelde niveau hoger zal komen te liggen dan het afgelopen decennium het geval is geweest.

 

De start van het nieuwe jaar is in elk geval wel voor al onze klanten positief geweest in financiële zin.

De volgende uitgave van de Technische Belegger verschijnt op maandag 6 februari 2023.

 

Disclaimer

De auteur is medeverantwoordelijk voor het beleggingsbeleid van Today’s Group BV, een vermogensbeheerder met vergunning van de AFM. Dit stuk is geen beleggingsadvies. Wie conform bovenstaande ideeën belegt of wenst te beleggen doet dat voor eigen rekening en risico. In dit kader wijzen de auteur en Today’s Group BV alle verantwoordelijkheid voor de inhoud van dit stuk van de hand. De besproken effecten en strategieën vertegenwoordigen een hoog risico.

 

 

Deel dit bericht: